burgerwachten en/of buurtpreventie
Er zijn zat ouderen, maar ook jonge volwassenen die 's avonds eens door de buurt kunnen lopen.
tegenwoordig zitten de meesten alleen achter glas en voor de TV.
De betrokkenheid bij de buren of buurt kan heden ten dage best iets beter georganiseerd worden.
Bekend is ook dat de mensen met een hond (tijdens het uitlaten) veel meer onheil of veranderingen waarnemen in de buurt. Ook praten deze mensen weer met andere mensen uit de buurt tijdens het uitlaten.
Dat zouden goede partijen/netwerkjes zijn voor de politie om regelmatig contact mee te hebben.
Hoe vaak hoor je niet: ik ken mijn buurtagent niet, ik zie hem nooit
De wedervraag is dan: als je hem niet kent, hoe weet je dan of je hem ooit gezien hebt?
En hoe vaak ben je zelf op straat te vinden?
- de meesten werken niet in de eigen wijk,
- komen laat in de avond thuis, vaak met een auto rijdend tot voor de deur
- snel naar binnen, eten en de tv aan
Hoe wil je dan weten of de buurtagent in actie / door de wijk is gekomen?
Als de buurtagent een kennismakingsavond organiseert in het plaatselijke politiebureau kun je de aanwezigen waarschijnlijk op 1 of 2 handen tellen. Het zijn meestal dezelfde soort personen, met dezelfde soort maatschappelijke binding. De rest vind het niet belangrijk maar vindt wel dat de buurtagent naar hen moet komen.
Ook kun je je afvragen: is de buurt per definitie onveilig als je er nooit politie ziet
Bekend in de politieopleiding is het volgende stukje:
bewoner A uit de wijk zegt: “ik vind mijn wijk veilig want ik zie hier nooit politie, het zal wel niet nodig zijn”
bewoner B uit die wijk zegt: “ik zou graag veel meer politie zien, dàn voel ik me pas veilig”
bewoner C uit die wijk zegt: “Ik zag laatst 4x politie door de wijk rijden, er is zeker wat gebeurt, ik krijg er een naar gevoel bij.”
Kortom: veiligheidsgevoel is subjectief.
Als in Wassenaar een fiets wordt gestolen is men ‘hevig geëmotioneerd’.
Als het in Leiden gebeurt niet.