Uitgangspunt en dus het EERSTE STREVEN, blijft altijd wat er in het wetboek van strafrecht staat.
Als het OM vindt dat je best een multiple choice formuliertje in kunt vullen,
zal zij daarbij rekening houden met de tijd die ervoor nodig is en dat is niet 2 uur.
Doorgaans is de aanrijtijd ook minstens 10 minuten.
Dus als je zo'n formulier een paar keer gemaakt hebt weet je precies wanneer je kunt gaan bellen.
Antwoord geven op de 7 W vragen: wie wat waar wanneer waarom waarmee en welke wijze,
gecombineerd met de elementen van het strafbare feit,
in een chronologische vorm,
hoeft geen 2 uur te duren.
De eerste keer is misschien even lastig,de tweede keer al veel minder, etc.
Hieronder een voorbeeld van de vrije tekst die ingevuld moet worden:
——————————–
Ik, Jan Jansen, was op 1-1-2001 werkzaam als beveiligingsbeambte van Pietersen Beveiliging.
Ik had die dag dienst bij C&A aan de Grote Marktstraat 123 te Den Haag.
Ik was als zodanig herkenbaar gekleed in een beveilingsuniform.
Op de linker revere van mijn uniform is een zilverkleurig V symbool zichtbaar.
Toen ik om 12:34 uur die dag (=wanneer) op de kinderafdeling (=waar) liep zag ik dat een vrouw (=wie) met 2 kinderspijkerbroeken (=wat) (=enig goed dat geheel of gedeeltelijk aan een ander toebehoort) naar de herenafdeling liep.
Ik ben haar toen achterna gelopen. Toen de vrouw op de herenafdeling achter een pilaar ging staan zag ik dat zij de 2 kinderspijkerbroeken,
die zij in haar rechterhand had, in haar boodschappentas stopte (=waarmee/welke wijze) (=wegnemen).
Hierop ben haar achterna gelopen. Ik heb de vrouw hierbij niet meer uit het oog verloren.
Zij verliet de winkel bij de uitgang aan de Gedempte Gracht, zonder de kinderspijkerbroeken ter betaling aan te bieden bij de kassa aldaar.
Op de Gedempte Gracht heb ik de vrouw aangehouden voor diefstal.
Hierna heb ik de vrouw verzocht mee te komen naar het kantoortje van ons beveiligingsbedrijf in de C&A.
Op weg naar het kantoortje hoorde ik de vrouw zeggen dat zij de kinderspijkerbroeken had weggenomen omdat zij in de bijstand zit (=waarom) (=met het oogmerk etc.).
Om 12:45 uur heb ik de politie gebeld en hen verteld dat ik een aanhouding heb verricht en hen verzocht ter plaatse te komen.
———————–
Een andere methodiek kan zijn twee rijtjes te maken:
wie (een vrouw)
wat (2 kinderspijkerbroeken)
waar (op de herenafdeling…)
wanneer (dag datum tijd)
waarom (geen geld)
waarmee (boodschappentas)
welke wijze (aan het zicht onttrekken)
hij (of zij)
enig goed (2 kinderspijkerbroeken)
dat geheel of gedeeltelijk aan een ander toebehoort (van C&A)
wegneemt (pakken, verplaatsen, wegstoppen, aan het zicht onttrekken)
met het oogmerk (kennelijk met het doel niet af te gaan rekenen)
om het zich wederrechtelijk (geen overeenstemming met C&A dit te doen)
toe te eigenen (wegstoppen in de tas en daarna niet af te rekenen en pand verlaten)
Vul achter die rijtjes de antwoorden in en maak daar in chronologische volgorde een verhaaltje van.
Als je dat doet dan kun je haast niet fout. Op sommige vd 7 w vragen kun je als beveiliger niet altijd een antwoord weten zoals de waarom vraag.
Mocht er toch iets niet naar wens zijn van de agenten pas je het aan op de computer en print je het opnieuw uit.
Dat kan al helemaal de tijd niet zijn.